Aardpiramide
Een aardpiramide, ook wel aardpijler genoemd en in de Verenigde Staten bekend als hoodoo, is een geologisch verschijnsel ontstaan door erosie.
Ontstaan
[bewerken | brontekst bewerken]Aardpiramides ontstaan op plaatsen met zachte gesteenten die bedekt zijn door hardere gesteenten in een omgeving waar veel erosie is. De erosie verwijdert het zachte gesteente behalve op plaatsen waar een restant van het bovenliggende hardere gesteente achterblijft.[1] Het zachtere gesteente in de omgeving erodeert steeds dieper weg waardoor op de plaats met het restant harder gesteente uiteindelijk een piramide- of pijlerachtige vorm kan ontstaan. Het blok hard gesteente op zo'n pilaar kan daarbij los komen te liggen en er na verloop van tijd af vallen waarna het restant van het zachtere gesteente door voortgaande erosie verdwijnt.
Lijst
[bewerken | brontekst bewerken]Wereldwijd zijn er 25 landen met bekende aardpiramides. Bekende aardpiramiden zijn de aardpiramiden van Euseigne in Wallis, Zwitserland en de hoodoos in Noord-Amerika op het Colorado Plateau en in de Badlands.
- Aardpiramide van Euseigne
- Shillin China
- Sao Din Thailand
- Zanskar India
- K'gari (Fraser Island) Australië
- Hawke's Bay Nieuw-Zeeland
- San Juan Argentinië
- La Paz Bolivia
- Mérida Venezuela
- Bryce Canyon National Park Noord-Amerika
- Drumheller Canada
- Tudela Spanje
- Languedoc-Roussillion Frankrijk
- Val d'Hérens Zwitserland
- Aardpiramiden van Ritten in Ritten, Italië[2]
- Zone Italië
- Landkreis Annaberg Duitsland
- Islelsberg Oostenrijk
- Pirin Mountains Bulgarije
- Đavolja Varoš Servië
- Kursumlija Servië
- Potamida Griekenland
- Anatolië Turkije
- Kandovan Iran
- Iringa Tanzania
- Ankarana Plateau Madagaskar
- Rondane nasjonalpark Noorwegen
- ↑ Mixed Grill–Mistige foto’s van de aardpiramides van Zuid-Tirol. Gearchiveerd op 27 januari 2021.
- ↑ Dolce Via–RITTEN/RENONS BEROEMDE AARDPIRAMIDES. Gearchiveerd op 15 april 2021.
- Visser, W.A. (ed.), 1980. Geological nomenclature. Royal Geological and Mining Society of the Netherlands. Bohn, Scheltema & Holkema, Utrecht, 540 pp. ISBN 90-313-0407-7 (lemma 2029).