Giorgio de Chirico

Giorgio de Chirico
Giorgio de Chirico in 1936 gefotografeerd door Carl van Vechten
Giorgio de Chirico in 1936 gefotografeerd door Carl van Vechten
Persoonsgegevens
Geboren 10 juli 1888
Overleden 20 november 1978
Geboorteland Griekenland
Beroep(en) Kunstschilder
Oriënterende gegevens
Stijl(en) Pittura metafisica
RKD-profiel
Website
Portaal  Portaalicoon   Kunst & Cultuur

Giorgio de Chirico (Volos, 10 juli 1888Rome, 20 november 1978) was een Grieks-Italiaanse schilder.

Giorgio de Chirico werd in Griekenland geboren uit Italiaanse ouders en volgde zijn kunstopleidingen in Athene, Florence en vanaf 1906 aan de kunstacademie van München, waar hij Böcklin en Klinger ontdekte. In 1909 reisde hij door Italië waar hij onder meer Milaan, Turijn en Florence bezocht. Rond 1910 ontwikkelde De Chirico interesse voor pleinen en symmetrische gebouwen uit de Renaissance vanwege hun klassieke vormen. Symmetrische stadsgezichten zouden een groot thema worden in zijn werk. Ook lezing van denkers als Nietzsche, Schopenhauer en Weininger liet sporen na. Vanaf 1911 woonde en werkte De Chirico in Parijs, waar kunsthandelaar Paul Guillaume zijn werk ging verkopen.[1]

Na de Eerste Wereldoorlog waarin De Chirico ook meevocht, keerde hij terug naar Italië. Giorgio de Chirico overleed in Rome in 1978.

Zijn jongere broer Alberto Savinio (eig. Andrea de Chirico), was eveneens kunstenaar.

De Chirico was van grote invloed op het werk van René Magritte. Magritte schreef dat in het schilderij Het liefdeslied de poëzie boven de schilderkunst uitsteeg, een ontdekking die hem tot tranen roerde. De onverwachte combinatie van een rubberen handschoen en een antiek borstbeeld vindt hij een nieuwe visie op de kunst, vrij van stereotiepe gewoontes van de geest.

De Chirico schilderde zijn droombeelden als pre-surrealist ver voor het surrealistisch manifest (1924) en stopte daarmee om vanaf de jaren 1920 terug te keren naar een meer academische stijl. Hierdoor viel hij in ongenade bij André Breton en andere Franse surrealisten.[2]

Naast Carlo Carrà lag De Chirico vanaf 1917 ten grondslag aan de Pittura metafisica of de metafysische schilderkunst, een kunstrichting in de Italiaanse moderne kunst. In hun werk worden voorwerpen en figuren zeer realistisch afgebeeld maar uit totaal verschillende causale en temporele contexten gecombineerd in lijnperspectivische constructies. Daardoor werd, zoals in het surrealisme en het magisch realisme, de raadselachtigheid van de objectwereld beklemtoond. Ook de conventionele orde en de plaatsing van de dingen werd op die wijze geïroniseerd. Behalve op Magritte heeft de vroege De Chirico veel invloed uitgeoefend op talrijke andere beeldende kunstenaars als onder andere Paul Delvaux, Salvador Dali, Carel Willink, Yves Tanguy, Max Ernst en Antonio Nunziante.[3]

De Chirico schreef ook een roman, Hebdomeros (Parijs 1929), waarvan in 1973 ook een Nederlandse vertaling verscheen bij Meulenhoff, Amsterdam. Dit werk ademt dezelfde sfeer als de schilderijen uit zijn metafysische periode.

[bewerken | brontekst bewerken]
Op andere Wikimedia-projecten