Jacob Florijn

Jacob Florijn
Jacob Florijn
Persoonlijke gegevens
Volledige naam Jacob Florijn
Geboortedatum 3 maart 1751
Geboorteplaats Deventer
Overlijdensdatum 13 februari 1818
Overlijdensplaats Amsterdam
Nationaliteit Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Bataafse Republiek
Koninkrijk der Nederlanden
Academische achtergrond
Alma mater Athenaeum Illustre van Amsterdam
Wetenschappelijk werk
Vakgebied Wiskunde
Dbnl-profiel

Jacob Florijn (Deventer, 3 maart 1751Amsterdam, 13 februari 1818) was een Nederlands wiskundige, patriottisch politicus en president van het gemeentebestuur van Den Haag (1798-1802).

Jacob Florijn studeerde wiskunde aan het Athenaeum Illustre van Amsterdam, waar hij les kreeg van Pibo Steenstra.[1] Hij viel op door zijn vakkundigheid en in 1771 werd hij op twintigjarige leeftijd benoemd als examinator der zeeofficieren bij het College ter Admiraliteit van de Maas en als stadsmathematicus van Rotterdam, waar hij woonde aan de Weste Wagenstraat.[2] Daarnaast werkte hij als lid van de Commissie voor het vinden der lengte op zee en de verbetering der zeekaarten. Enige tijd gaf hij ook lessen aan zeeofficieren. Florijn raakte betrokken bij de patriottische beweging en in 1795 werd hij aangesteld als examinator-generaal der zeeofficieren bij het Comité tot de Zaken van de Marine van de Bataafsche Republiek in Den Haag, waar hij zich toen vestigde. Hij zag erop toe dat er onderwijs werd gegeven in astronomische afstandsmeting gebaseerd op de afstand tot de maan aan zeelieden en zeeofficieren in Amsterdam en Rotterdam.[3] In 1798 werd Jacob Florijn aangesteld als president (burgemeester) van het gemeentebestuur van Den Haag, welk ambt hij uitoefende tot 1802.[4] Florijn was regent van het Burgerweeshuis en Fundatie van Renswoude in Den Haag van 1799-1809.[5] In 1809 verhuisde Florijn naar Amsterdam waar hij ging wonen aan de Prinsengracht, tot hij in 1818 overleed.

Florijn was lid van het Bataafs Genootschap der Proefondervindelijke Wijsbegeerte (1790-1802), de Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen (1796), het Bataafs Genootschap der Proefondervindelijke Wijsbegeerte (1802-1810), waarvan hij tevens directeur was, het Koninklijk Instituut van Wetenschappen (1808) en het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1809-1818).

Grondbeginzels der hoogere meetkunde (...) door Jacob Florijn, 1794
  1. Rotterdamsch Nieuwsblad, 12-02-1904, pagina 2: 12 februari 1818, Uitgeverij A.W. Sijthoff, Rotterdam
  2. J.B. Kan: De Illustre School te Rotterdam, in Rotterdams Jaarboekje, pagina 81-82, Uitgeverij A. Eeltjes, Rotterdam 1888
  3. Rebekah Higgitt, Richard Dunn, Peter Jones: Navigational Enterprises in Europe and its Empires, 1730–1850, pagina 34-35, Uitgeverij Springer, Cambridge 2016, ISBN 1137520647. Gearchiveerd op 14 januari 2021.
  4. Dr. H.E. van Gelder; “De regeering van 's-Gravenhage, 1795-1851”, in Jaarboek Die Haghe, pagina 235-237, Uitgeverij Mouton & Co., Den Haag 1908
  5. Het burgerweeshuis en de fundatie der vrijvrouwe van Renswoude te 's Gravenhage, pagina 72, Uitgeverij H. van Diehlen, Den Haag 1923