Lijst van leden van de Rijksdag (1792)

Dit is een lijst van leden van de Rijksdag van het Heilige Roomse Rijk. De keizer was in principe een gekozen monarch. Hoewel het rijk in zijn beginperiode (de vroege middeleeuwen) relatief gecentraliseerd was, verloor de keizer alsmaar meer macht aan zijn rijksvorsten, de leden van de Rijksdag.

Structuur van het Heilige Roomse Rijk in 1792

[bewerken | brontekst bewerken]

Nog in 1792, net voor de Franse Revolutie, was het Rijk onderverdeeld in enkele duizenden gebieden, maar enkel driehonderd van deze hadden Landeshoheit (een speciale vorm van soevereiniteit). Enkel deze gebieden werden vertegenwoordigd in de Rijksdag. Deze was verdeeld in drie zogenaamde collegia: de Raad van Keurvorsten, de Raad van Vorsten en de Raad van Steden. De stemregelingen zijn door de eeuwen vaak veranderd, en sommigen konden ook meer stemmen uitbrengen dan anderen.

De Raad van Keurvorsten

[bewerken | brontekst bewerken]

De acht keurvorsten

  1. De koning van Bohemen (ook aartshertog van Oostenrijk en koning van Hongarije)
  2. De aartsbisschop van Mainz
  3. De aartsbisschop van Keulen
  4. De aartsbisschop van Trier
  5. De paltsgraaf aan de Rijn (ook hertog van Beieren)
  6. De hertog van Saksen
  7. De markgraaf van Brandenburg (ook koning van Pruisen)
  8. De hertog van Brunswijk-Lüneburg (keurvorst van Hannover, ook koning van Groot-Brittannië)

De Raad van Rijksvorsten

[bewerken | brontekst bewerken]

De rijksvorsten waren gegroepeerd in twee banken: de geestelijke en de wereldlijke, waarbij merkwaardigerwijze de hertogen van Oostenrijk en Bourgondië op geestelijke bank gesitueerd waren. (Deze volgorde is gebaseerd op de kiesvolgorde van de rijksvorsten)

De Geestelijke Bank der Rijksvorsten

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De aartshertog van Oostenrijk (ook koning van Bohemen)
  2. De hertog van Bourgondië (ook koning van Bohemen)
  3. De aartsbisschop van Salzburg
  4. De aartsbisschop van Besançon
  5. De grootmeester van de Duitse Orde
  6. De bisschop van Bamberg
  7. De bisschop van Würzburg
  8. De bisschop van Worms
  9. De bisschop van Eichstätt
  10. De bisschop van Spiers
  11. De bisschop van Straatsburg
  12. De bisschop van Konstanz
  13. De bisschop van Augsburg
  14. De bisschop van Hildesheim
  15. De bisschop van Paderborn
  16. De bisschop van Freising
  17. De bisschop van Regensburg
  18. De bisschop van Passau
  19. De bisschop van Trent
  20. De bisschop van Brixen
  21. De bisschop van Bazel
  22. De bisschop van Münster
  23. De bisschop van Osnabrück
  24. De bisschop van Luik
  25. De bisschop van Lübeck
  26. De bisschop van Chur
  27. De bisschop van Fulda
  28. De abt van Kempten
  29. De proost van Ellwangen
  30. De grootmeester van de Hospitaalridders
  31. De proost van Berchtesgaden
  32. De proost van Weissenburg
  33. De abt van Prüm
  34. De abt van Stavelot-Malmedy
  35. De abt van Corvey
  36. Het college van de Prelaten van Zwaben
  37. Het college van de Prelaten van de Rijn

De prelaten van Zwaben (sinds 1534/75)

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De abt van Salmannsweiler
  2. De abt van Weingarten
  3. De abt van Ochsenhausen
  4. De abt van Elchingen
  5. De abdis van Irsee
  6. De abt van Ursberg (sinds 1547)
  7. De abt van Kais(er)heim (sinds 1756, in de 17e eeuw bij de prelaten van de Rijn)
  8. De abt van Roggenburg (sinds 1547)
  9. De abt van Rot
  10. De abt van Weißenau
  11. De abt van Schussenried
  12. De abt van Marchtal
  13. De abt van Petershausen (sinds 1575)
  14. De proost van Wettenhausen (sinds 1575, tot 1566 behorend tot de Reichsritterschaft)
  15. De abt van Zwiefalten (sinds 1749)
  16. De abt van Gengenbach (sinds 1751)
  17. De abt van Neresheim (sinds 1766)
  18. De abdis van Heggbach (sinds 1562)
  19. De abdis van Gutenzell (sinds 1562)
  20. De abdis van Rottenmünster
  21. De abdis van Baindt (sinds 1562)
  22. De abdis van Söflingen (sinds 1775)
  23. De abt van Sankt Georg in Isny (sinds 1782, in de 17e eeuw bij de prelaten van de Rijn)

De prelaten van de Rijn (sinds 1653)

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De landcommandeur van de balije der Duitse Orde Koblenz
  2. De landcommandeur van de balije der Duitse Orde Elzas-Bourgondië
  3. De proost van Odenheim en Bruchsal
  4. De abt van Werden
  5. De abt van Sankt Ulrich en Sankt Afra in Augsburg
  6. De abt van Kornelimünster
  7. De abt van Sankt Emmeram in Regensburg
  8. De abdis van Essen
  9. De abdis van Buchau
  10. De abdis van Quedlinburg
  11. De abdis van Herford
  12. De abdis van Gernrode
  13. De abdis van Niedermünster in Regensburg
  14. De abdis van Obermünster in Regensburg
  15. De abt van Burtscheid
  16. De abdis van Gandersheim
  17. De abdis van Thorn

De Wereldlijke Bank der Rijksvorsten

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De hertog van Beieren (keurvorst van Beieren)
  2. De hertog van Maagdenburg (ook koning van Pruisen)
  3. De paltsgraaf van Lautern (ook keurvorst van Beieren)
  4. De paltsgraaf van Simmern (ook de keurvorst van Beieren)
  5. De paltsgraaf van Neuburg (ook de keurvorst van Beieren)
  6. De hertog van Bremen (ook de keurvorst van Hannover)
  7. De hertog van Zweibrücken
  8. De paltsgraaf van Veldenz (ook de keurvorst van Beieren)
  9. De hertog van Saksen-Weimar (ook hertog van Saksen-Eisenach)
  10. De hertog van Saksen-Eisenach (ook hertog van Saksen-Weimar)
  11. De hertog van Saksen-Coburg-Saalfeld
  12. De hertog van Saksen-Gotha (Verenigd met Saksen-Altenburg als Saksen-Gotha-Altenburg)
  13. De hertog van Saksen-Altenburg (Verenigd met Saksen-Gotha als Saksen-Gotha-Altenburg)
  14. De markgraaf van Brandenburg-Ansbach (ook koning van Pruisen)
  15. De markgraaf van Brandenburg-Bayreuth (ook koning van Pruisen)
  16. De hertog van Brunswijk-Celle (ook keurvorst van Hannover)
  17. De hertog van Brunswijk-Calenberg (ook keurvorst van Hannover)
  18. De hertog van Brunswijk-Grubenhagen (ook keurvorst van Hannover)
  19. De hertog van Brunswijk-Wolfenbüttel
  20. De vorst van Halberstadt (ook koning van Pruisen)
  21. De hertog van Voor-Pommeren (ook koning van Zweden)
  22. De hertog van Achter-Pommeren (ook koning van Pruisen)
  23. De vorst van Verden (ook keurvorst van Hannover)
  24. De hertog van Mecklenburg-Schwerin
  25. De hertog van Mecklenburg-Güstrow (ook hertog van Mecklenburg-Schwerin)
  26. De hertog van Württemberg
  27. De landgraaf van Hessen-Kassel
  28. De landgraaf van Hessen-Darmstadt
  29. De markgraaf van Baden-Baden (de markgraaf van Baden)
  30. De markgraaf van Baden-Durlach (de markgraaf van Baden)
  31. De markgraaf van Baden-Hachberg (de markgraaf van Baden)
  32. De hertog van Holstein-Glückstadt (ook koning van Denemarken)
  33. De hertog van Saksen-Lauenburg (ook keurvorst van Hannover)
  34. De vorst van Minden (ook koning van Pruisen)
  35. De hertog van Oldenburg
  36. De hertog van Savoye (ook koning van Sardinië)
  37. De landgraaf van Leuchtenberg (ook keurvorst van Beieren)
  38. De vorst van Anhalt
  39. De graaf van Henneberg
  40. De vorst van Schwerin (ook hertog van Mecklenburg-Schwerin)
  41. De vorst van Kammin (ook koning van Pruisen)
  42. De vorst van Ratzeburg (ook hertog van Mecklenburg-Strelitz)
  43. De vorst van Hersfeld (ook landgraaf van Hesse-Kassel)
  44. De markgraaf van Nomeny
  45. De vorst van Mömpelgard (ook hertog van Württemberg)
  46. De hertog van Arenberg
  47. De vorst van Hohenzollern-Hechingen
  48. De vorst van Lobkowitz
  49. De vorst van Salm
  50. De vorst van Dietrichstein
  51. De vorst van Nassau-Hadamar (ook prins van Oranje en stadhouder van de Nederlanden)
  52. De vorst van Nassau-Dillenburg (ook prins van Oranje)
  53. De vorst van Auersperg
  54. De vorst van Oost-Friesland (ook koning van Pruisen)
  55. De vorst van Fürstenberg
  56. De vorst van Schwarzenberg
  57. De vorst van Liechtenstein
  58. De vorst van Thurn und Taxis
  59. De vorst van Schwarzburg
  60. De graven van Zwaben (gemeenschappelijke stem)
  61. De graven van de Wetterau (gemeenschappelijke stem)
  62. De graven van Franken (gemeenschappelijke stem)
  63. De graven van Westfalen (gemeenschappelijke stem)

De graven van Zwaben

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De graaf van Heiligenberg en Werdenberg (* De vorst van Fürstenberg)
  2. De abdis van Buchau
  3. De landcommandeur van de balije Elzas-Bourgondië der Duitse Orde als commandeur van Alschhausen
  4. De vorst van Oettingen
  5. De graaf van Montfort (ook koning van Bohemen)
  6. De graaf van Helfenstein (ook keurvorst van Beieren)
  7. Het landgraafschap Klettgau en het graafschap Sulz (De vorst van Schwarzenberg)
  8. De graaf van Königsegg
  9. De graaf van Waldburg
  10. De graaf van Eberstein (ook markgraaf van Baden)
  11. De graaf van Hohengeroldseck (De graaf von der Leyen)
  12. De graven van Fugger
  13. De graaf van Hohenems (ook koning van Bohemen)
  14. De graaf van Eglofs (De graaf van Traun)
  15. De graaf van Bonndorf (De abt van Sankt Blasius)
  16. De graaf van Thannhausen (De graaf van Stadion)
  17. De heer van Eglingen (De vorst van Thurn und Taxis)
  18. De graaf van Khevenhüller (personalist)
  19. De graaf van Kuefstein
  20. De vorst van Colloredo (personalist)
  21. De graaf van Harrach
  22. De graaf van Sternberg
  23. De graaf van Neipperg
  24. De graaf van Trauttmansdorff

De graven van de Wetterau

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De vorst van Nassau-Usingen
  2. De vorst van Nassau-Weilburg
  3. De vorst van Nassau-Saarbrücken
  4. De vorst van Solms-Braunfels
  5. De vorst van Solms-Lich
  6. De vorst van Solms-Hohensolms
  7. De graaf van Solms-Rödelheim
  8. De graaf van Solms-Laubach
  9. De vorst van Isenburg-Birstein
  10. De graaf van Isenburg-Büdingen-Meerholz-Wächtersbach
  11. De vorst van Stolberg-Gedern-Ortenberg
  12. De graaf van Stolberg-Stolberg
  13. De graaf van Stolberg-Wernigerode
  14. De vorst van Sayn-Wittgenstein-Berleburg
  15. De graaf van Sayn-Wittgenstien-Wittgenstein
  16. De graaf van Salm-Grumbach
  17. De graaf van Salm-Rheingrafenstein
  18. De vorst van Leiningen-Hardenburg
  19. De graven van Leiningen-Heidesheim en Leiningen-Guntersblum
  20. De graaf van Westerburg (linie van Christof)
  21. De graaf van Westerburg (linie van Georg)
  22. De graven van Reuss zu Plauen
  23. De vorst van Schönburg
  24. De graaf van Ortenburg
  25. De graaf van Kriechingen (Wied-Runkel)

De graven van Franken

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De vorsten en graven van Hohenlohe
  2. De graven van Castell
  3. De graven van Erbach
  4. De graven van Wertheim (De vorsten en graven van Löwenstein-Wertheim)
  5. De erfgenamen van de graven van Limpurg
  6. De graven van Rieneck (graven van Nostitz)
  7. De heren van Seinsheim (De vorst van Schwarzenberg)
  8. De erfgenamen van de graven van Wolfstein (de vorst van Hohenlohe-Kirchberg en de graaf van Giech)
  9. De heren van Reichelsburg (De graven van Schönborn)
  10. De heren van Wiesentheid (De graven van Schönborn)
  11. De graven van Windisch-Grätz (personalist)
  12. De graven Orsini von Rosenberg (personalist)
  13. De graven van Starhemberg (personalist)
  14. De graven van Wurmbrand-Stuppach (personalist)
  15. De graven van Giech (personalist)
  16. De graven van Grävenitz
  17. De graven van Pückler (personalist)

De graven van Westfalen

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. De graaf van Sayn-Altenkirchen (ook keurvorst van Hannover)
  2. De graaf van Sayn-Hachenburg (burggraaf van Kirchberg)
  3. De graaf van Tecklenburg (ook koning van Pruisen)
  4. De graaf van Boven-Wied (vorst van Wied-Runkel)
  5. De vorst van Wied-Neuwied
  6. De graaf van Schaumburg (landgraaf van Hessen-Kassel en graaf van Lippe-Bückeburg)
  7. De hertog van Oldenburg
  8. De graven van Lippe
  9. De graven van Bentheim (zetel voor Steinfurt)
  10. De graaf van Hoya (ook keurvorst van Hannover)
  11. De graaf van Diepholz (ook keurvorst van Hannover)
  12. De graaf van Spiegelberg] (ook keurvorst van Hannover)
  13. De graaf van Virneburg (De vorsten en graven van Löwenstein-Wertheim)
  14. De graaf van Rietberg (De vorst van Kaunitz-Rietberg)
  15. De graaf van Pyrmont (De vorst van Waldeck-Pyrmont)
  16. De graaf van Gronsveld (De graaf van Törring)
  17. De graaf van Reckheim (De graaf van Aspremont)
  18. De graaf van Anholt (De vorst van Salm)
  19. De heer van Winnenburg en Beilstein (De graaf van Metternich)
  20. De graaf van Holzappel (De vorst van Anhalt-Bernburg-Schaumburg-Hoym)
  21. De graaf van Blankenheim en Gerolstein (De graaf van Sternberg)
  22. De graaf van Wittem (De graaf van Plettenberg)
  23. De heer van Gemen (De graaf van Limburg-Stirum)
  24. De heer van Gimborn en Neustadt (De graaf van Wallmoden)
  25. De heer van Wickrath (De graaf van Quadt)
  26. De heer van Myllendonk (De graaf van Ostein)
  27. De heer van Reichenstein (De graaf van Nesselrode)
  28. De graaf van Schleiden (De hertog van Arenberg)
  29. De graaf van Kerpen en Lommersum (De graaf van Schaesberg)
  30. De heer van Dyck (De graaf van Salm-Reifferscheid)
  31. De heer van Saffenberg (De hertog van Arenberg)
  32. De graaf van Hallermund (De graaf van Platen)
  33. De graaf van Rheineck (De graaf van Sinzendorf)
  34. De graaf van Fagnolle (De vorst van Ligne) (sinds 1788)
  35. De heer van Bretzenheim (sinds 1789)

De Raad van Steden

[bewerken | brontekst bewerken]

De Raad van Steden was verdeeld over twee banken. Hij was niet volledig gelijkwaardig aan de twee andere raden. Zijn stem was enkel adviserend. In 1792 waren er 51 vrije steden.

De Rijnlandse Bank

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. Keulen
  2. Aken
  3. Lübeck
  4. Worms
  5. Spiers
  6. Frankfort
  7. Goslar
  8. Bremen
  9. Hamburg
  10. Mühlhausen
  11. Nordhausen
  12. Dortmund
  13. Friedberg
  14. Wetzlar

De Zwabische Bank

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. Regensburg
  2. Augsburg
  3. Neurenberg
  4. Ulm
  5. Esslingen
  6. Reutlingen
  7. Nördlingen
  8. Rothenburg
  9. Schwäbisch Hall
  10. Rottweil
  11. Überlingen
  12. Heilbronn
  13. Schwäbisch Gmünd
  14. Memmingen
  15. Lindau
  16. Dinkelsbühl
  17. Biberach
  18. Ravensburg
  19. Schweinfurt
  20. Kempten
  21. Windsheim
  22. Kaufbeuren
  23. Weil
  24. Wangen
  25. Isny
  26. Pfullendorf
  27. Offenburg
  28. Leutkirch
  29. Wimpfen
  30. Weißenburg-im-Nordgau
  31. Giengen
  32. Gengenbach
  33. Zell am Harmersbach
  34. Buchhorn
  35. Aalen
  36. Buchau
  37. Bopfingen