Maurolycus (inslagkrater)

Maurolycus
Maurolycus (foto Lunar Orbiter 4)
Maurolycus (foto Lunar Orbiter 4)
Kratergegevens
Coördinaten 41° 48′ ZB, 14° 0′ OL
Diameter 114 km
Kraterdiepte 4,7 km
Colongitude 345° bij zonsopgang
Vernoemd naar Francesco Maurolico
Vernoemd in 1935

Maurolycus is een inslagkrater in het zuidelijk gedeelte van de naar de Aarde toegekeerde kant van de Maan.

Maurolycus is een geprononceerde en duidelijk waarneembare inslagkrater met diameter 114 kilometer en brede, ruwe wanden waarin talrijke groeven, valleien en kratertjes voorkomen. Op de noordwestelijke kam liggen de krater Maurolycus F en het kratertje Maurolycus T, op de zuidwand ligt de polygonaalvormige krater Maurolycus A met puinruggen op de bodem, op de oostkam bevindt zich het kratertje Mauroycus R en aan de voet van de zuidoostelijke binnenwand het kratertje Maurolycus W. Behalve het noordoostelijk deel dat bezaaid is met kratertjes, heuvels, en korte ruggen, is de bodem van Maurolycus vlak. Het bodem-wand contact is heuvelachtig. De meest opvallende kraters op de bodem zijn Maurolycus J, Maurolycus L, Maurolycus M en Maurolycus N. Verder komt op de bodem nog een centraal gelegen bergcomplex voor. Maurolycus heeft zich haast volledig ingewerkt in een zuidelijk gelegen oudere formatie. Deze oudere formatie had in zijn oorspronkelijke volledige vorm een iets kleinere diameter dan deze van Maurolycus. Mede door de aanwezigheid van deze gedeeltelijk overlapte oudere formatie is het systeem Maurolycus een vrij gemakkelijk herkenbare oppervlakteformatie voor maanwaarnemers met amateurtelescopen.

De walvlakte Maurolycus ligt in het sterk bekraterde zuidelijke gebied ten oosten van de stralenkrater Tycho en ten westen van de onregelmatig gevormde walvlakte Janssen. Maurolycus is in uurwijzerszin omringd door de kraters Gemma Frisius (ten noorden), Buch en Büsching (ten noordoosten), Nicolai (ten oosten), Barocius (ten zuidoosten), Clairaut (ten zuiden), Licetus (ten zuidwesten), Faraday (ten westzuidwesten), Stöfler (ten westen), Fernelius (ten westnoordwesten) en Kaiser (ten noordwesten).

De benaming Maurolycus is afkomstig van Giovanni Battista Riccioli en is vernoemd naar de Italiaanse monnik en wiskundige Francesco Maurolico (1494-1575). Eerder gaven Michael van Langren en Johannes Hevelius er respectievelijk de benamingen Estensis D. Mutinae [1] en Mons Calchastan [2] aan.

Walter Goodacre's korte kloof

[bewerken | brontekst bewerken]

De Britse zakenman en amateur astronoom Walter Goodacre (1856-1938) nam ten westen van Maurolycus een korte kloof waar, en vermeldde deze formatie in het maanappendix van T.W.Webb's Celestial Objects for Common Telescopes, Volume One: The Solar System:

Between Maurolycus and Stöfler I see a short cleft, a very unusual object in this portion of the moon's surface [3].

Moeilijke zichtbaarheid gedurende volle maan

[bewerken | brontekst bewerken]

Net zoals veel kraters in de buurt van de stralenkrater Tycho is ook Maurolycus gedurende volle maan relatief moeilijk om op te sporen. De stralenkrans in de wijde omgeving rond Tycho doet de andere kraters verdwijnen. Enkel de kleinere komvormige kratertjes met hoog albedo, zoals Nicolai A ten oosten van Maurolycus, kunnen onder deze omstandigheden nog worden herkend.

Literatuur en maanatlassen

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Mary Adela Blagg: Named Lunar Formations.
  • T.W. Webb: Celestial Objects for Common Telescopes, Volume One: The Solar System (met beschrijvingen van telescopisch waarneembare oppervlaktedetails op de maan).
  • Tj.E. De Vries: De Maan, onze trouwe wachter.
  • A.J.M. Wanders: Op Ontdekking in het Maanland.
  • Hugh Percy Wilkins, Patrick Moore: The Moon.
  • Times Atlas of the Moon, edited by H.A.G. Lewis.
  • Patrick Moore: New Guide to the Moon.
  • Harold Hill: A Portfolio of Lunar Drawings.
  • Antonin Rukl: Moon, Mars and Venus (pocket-maanatlasje, de voorganger van Rukl's Atlas of the Moon).
  • Antonin Rukl: Atlas of the Moon.
  • Harry De Meyer: Maanmonografieën (Vereniging Voor Sterrenkunde, 1969).
  • Tony Dethier: Maanmonografieën (Vereniging Voor Sterrenkunde, 1989).
  • Ewen A. Whitaker: Mapping and Naming the Moon, a history of lunar cartography and nomenclature.
  • The Hatfield Photographic Lunar Atlas, edited by Jeremy Cook.
  • William P. Sheehan, Thomas A. Dobbins: Epic Moon, a history of lunar exploration in the age of the telescope.
  • Ben Bussey, Paul Spudis: The Clementine Atlas of the Moon, revised and updated edition.
  • Charles A. Wood, Maurice J.S. Collins: 21st Century Atlas of the Moon.

Lijst van kraters op de Maan

  1. Ewen A. Whitaker: Mapping and Naming the Moon, a history of lunar cartography and nomenclature, page 199
  2. Ewen A. Whitaker: Mapping and Naming the Moon, a history of lunar cartography and nomenclature, page 203
  3. T.W.Webb, Celestial Objects for Common Telescopes, Volume 1: The Solar System, page 167