Minimocursor
Minimocursor is een geslacht van plantenetende ornithischische dinosauriërs, behorend tot de Neornithischia, dat tijdens de late Jura leefde in het gebied van het huidige Thailand. De enige benoemde soort is Minimocursor phunoiensis.
Vondst en naamgeving
[bewerken | brontekst bewerken]In 2012 vond een team van het Palaeontological Research and Education Centre van de universiteit van Mahasarakham op de Phu Noi-vindplaats in het noordoosten van Thailand twee rotsblokken waarin zich botten bevonden. Preparatie gedurende vijf jaar legde een vrijwel volledig postcraniaal skelet bloot van een nog onbekende kleine dinosauriërsoort. Hierna werd aanvullend materiaal opgegraven. In 2014 werd de vondst gemeld in de wetenschappelijke literatuur en geïnterpreteerd als een lid van de Ornithopoda.
In 2023 werd de typesoort Minimocursor phunoiensis benoemd en beschreven door Sita Manitkoon, Uthumporn Deesri, Bouziane Khalloufi, Thanit Nonsrirach, Varavudh Suteethorn, Phornphen Chanthasit, Wansiri Boonla en Eric Buffetaut. De geslachtsnaam verbindt het Latijnse minimus, "kleinste" en cursor, "renner", een verwijzing naar de kleine lichaamsomvang en de rennende levenswijze. De soortaanduiding verwijst naar de herkomst bij Phu Noi. De life Science Identifiers zijn F9A272CA-5A93-4E01-A5A1-93671D5FF3E3 voor het geslacht en 6B1DF01F-0D3E-4837-99B2-3D358CA2F928 voor de soort.
Het holotype, PRC 150, is gevonden in een laag van de Phu Kradung-formatie die wellicht dateert uit het Tithonien. Het bestaat uit een skelet met schedel. Het omvat een rechterjukbeen, een linkerangulare, een linkersurangulare, de laatste drie halswervels, de wervels van de rug en het heiligbeen, de eerste tien staartwervels, ribben, chevrons, verbeende pezen, het linkerschouderblad, een stuk linkerravenbeksbeen, de linkerhand, de linkerachterpoot zonder de tenen, het rechterdijbeen, het rechteronderbeen, een teenkootje en een voetklauw. Oorspronkelijk was ook een losse tand aangetroffen in bij het holotype maar die is later kwijtgeraakt. Het skelet ligt grotendeels in verband.
Toegewezen zijn de specimina PRC 149 (eerder PN 13-09), een linkeronderkaak, en SM2021-1-132, een linkeronderbeen met voet.
Beschrijving
[bewerken | brontekst bewerken]Grootte en onderscheidende kenmerken
[bewerken | brontekst bewerken]Het holotype van Minimocursor is een klein individu, zo'n zeventig centimeter lang. Het was echter nog niet volgroeid.
Er werd een aantal onderscheidende kenmerken vastgesteld. Het betreft een unieke combinatie van op zich niet unieke eigenschappen. De achterste tak van het jukbeen is aan het uiteinde gevorkt. Op de buitenwand van het jukbeen steekt een lage afgeplatte min of meer driehoekige bult zijwaarts uit. De wervelkolom vóór de staart bestaat uit vijftien ruggenwervels en vijf sacrale wervels. Op het darmbeen is op de buitenste zijkant over de gehele lengte een richel zichtbaar voor de aanhechting van de musculus caudofemoralis. Bij het darmbeen is er een duidelijke richel aanwezig boven het heupgewricht, op het aanhangsel van het schaambeen.
Skelet
[bewerken | brontekst bewerken]De kop van Minimocursor, hoewel grotendeels onbekend, is kort en bol gereconstrueerd. De bouw van het jukbeen wijst op een vrij grote hoogte achteraan. De bult of hoorn op het jukbeen is zeldzaam bij basale neornithischiérs maar komt ook voor bij Changchunsaurus, Zephyrosaurus en Orodromeus.
De wervels van nek en rug hebben een rechthoekig profiel, langer dan hoog. De verbeende perzen, de eerste die bij een Zuid-Oost-Aziatische dinosauriër zijn aangetroffen, zijn staafvormig en lopen evenwijdig.
Het schouderblad is bovenaan rond verbreed. De pols bewaart een ulnare en een intermedium in de vorm van rechthoekige elementen. De formule van de vingerkootjes is ?-3-4-3-2. Opmerkelijk is dat de uiterste kootjes van de vierde en vijfde vinger de vorm hebben van, zij het kleine, spitse klauwen in plaats van stompjes. Het is wel vermoed dat die vorm al eerder in de evolutie verloren was gegaan.
Op het darmbeen is boven het heupgewricht een richel aanwezig die meer afgeleid dan Agilisaurus meestal verloren is gegaan. De praepubis steekt voor het voorblad van het darmbeen uit. De schacht van het schaambeen is verlengd en bijna even lang als het zitbeen. De schacht van het zitbeen is overdwars gewrongen en mist een groeve in de bovenzijde.
Het dijbeen is sterk gebogen. Het scheenbeen is langer dan het dijbeen, een aanpassing aan een rennende levenswijze. Het sprongbeen is groter dan het hielbeen en, althans bij het holotype, er niet mee vergroeid. De middenvoetsbeenderen zijn slank en recht.
Fylogenie
[bewerken | brontekst bewerken]Minimosaurus werd basaal in de Neornithischia geplaatst, boven Kulindadromeus in de stamboom. Het taxon behoort dus niet tot de Euornithopoda zoals in eerste instantie gedacht. Hij is daarmee de eerste basale neornithischiër die in Zuidoost-Azië is gevonden.
Het volgende kladogram toont de positie in de evolutionaire stamboom volgens het beschrijvende artikel.
Neornithischia |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Buffetaut, E.; Suteethorn, S.; Suteethorn, V.; Deesri, U. & Tong, H. 2014. "Preliminary Note on a Small Ornithopod Dinosaur from the Phu Kradung Formation (Terminal Jurassic—Basal Cretaceous) of Phu Noi, North-Eastern Thailand". Journal of Science and Technology, Mahasarakham University. 2014(33): 344–347
- Manitkoon, Sita; Deesri, Uthumporn; Khalloufi, Bouziane; Nonsrirach, Thanit; Suteethorn, Varavudh; Chanthasit, Phornphen; Boonla, Wansiri & Buffetaut, Eric. 2023. "A New Basal Neornithischian Dinosaur from the Phu Kradung Formation (Upper Jurassic) of Northeastern Thailand". Diversity. 15(7): 851