Rode lantaarn

De rode lantaarn wordt spreekwoordelijk uitgereikt aan de wielrenner die als laatste eindigt in het eindklassement van de Ronde van Frankrijk. De uitdrukking de rode lantaarn wordt echter ook gebruikt in bijvoorbeeld voetbal (voor de ploeg die laatste staat in het klassement) en autoracen (de coureur die als laatste rijdt).

In de praktijk is laatste worden in het eindklassement van de Tour niet zo eenvoudig als het lijkt. Als men buiten de tijdlimiet aankomt, wordt men gediskwalificeerd, en eenzaam ver achter het peloton aanrijden kost veel kracht. Houder zijn van de rode lantaarn brengt enige publiciteit met zich mee.

Absolute recordhouder is de Belg Wim Vansevenant, die de rode lantaarn in 2006, 2007 en 2008 in ontvangst mocht nemen. Daarmee is hij de eerste en tot nu enige renner die deze prijs driemaal uit het vuur wist te slepen en dat in drie opeenvolgende edities. Andere Belgische "winnaars" waren Hans De Clercq, Willy Derboven, Werner Devos, Victor Lafosse, Marcel Laurens, Roger Loysch, Edwig Van Hooydonck en Dirk Wayenberg. Nederlandse "winnaars" waren Rob Harmeling, Janus Hellemons, Mathieu Hermans (2x), Aad van den Hoek, Frits Hoogerheide, Sebastiaan Langeveld en John Talen. Naast Hermans hebben ook de Fransen Jimmy Casper en Daniel Masson en de Oostenrijker Gerhard Schönbacher de rode lantaarn tweemaal gewonnen.

Sinds 2016 bestaat er een wielerpodcast met de naam De Rode Lantaarn van Dag en Nacht media.

N.B. Van 1905 tot en met 1912 werd het algemeen klassement opgemaakt door middel van punten in plaats van de gereden tijd.

Jaar	No.	Renner	Plaats	Achterstand
1903	1	Arsène Millochau	21	+ 66h 57' 08"
1904	2	Antoine Deflotrière	23	+ 101h 36' 00"
1905	3	Clovis Lacroix	24	+ 830 punten*
1906	4	Georges Bronchard	14	+ 229 punten*
1907	5	Albert Chartier	33	+ 521 punten*
1908	6	Henri Anthoine	36	+ 476 punten*
1909	7	Georges Devilly	55	+ 676 punten*
1910	8	Constant Collet	41	+ 517 punten*
1911	9	Lucien Roquebert	28	+ 349 punten*
1912	10	Maurice Lartigue	41	+ 563 punten*
1913	11	Henri Alavoine	25	+ 76h 55' 52"
1914	12	Henri Leclercq	54	+ 99h 04' 45"
1915-1918		niet verreden
1919	13	Jules Nempon	10	+ 21h 24' 12"
1920	14	Charles Raboisson	22	+ 69h 00' 05"
1921	15	Henri Catelan	38	+ 63h 19' 57"
1922	16	Daniel Masson	38	+ 65h 53' 41"
1923	17	Daniel Masson	48	+ 48h 31' 07"
1924	18	Victor Lafosse	60	+ 45h 12' 05"
1925	19	Fernand Besnier	49	+ 36h 10' 50"
1926	20	André Drobecq	41	+ 26h 05' 03"
1927	21	Jacques Pfister	31	+ 31h 03' 51"
1928	22	Edouard Persin	41	+ 26h 56' 19"
1929	23	André Léger	60	+ 31h 37' 55"
1930	24	Marcel Ilpide	59	+ 15h 10' 18"
1931	25	Richard Lamb	35	+ 5h 29' 05"
1932	26	Rudolf Risch	57	+ 5h 05' 14"
1933	27	Ernest Neuhard	40	+ 3h 57' 44"
1934	28	Antonio Folco	39	+ 7h 15' 36"
1935	29	Willi Kutschbach	46	+ 7h 40' 39"
1936	30	Aldo Bertocco	43	+ 4h 49' 07"
1937	31	Aloyse Klensch	46	+ 6h 39' 25"
1938	32	Janus Hellemons	55	+ 5h 02' 34"
1939	33	Armand Le Moal	49	+ 4h 26' 39"
1940-1946		niet verreden
1947	34	Pietro Tarchini	53	+ 7h 28' 29"
1948	35	Vitorio Seghezzi	44	+ 4h 26' 43"
1949	36	Guido De Santi	55	+ 6h 07' 21"
1950	37	Fritz Zbinden	51	+ 4h 06' 47"
1951	38	Abdel-Kader Zaaf	66	+ 4h 58' 18"
1952	39	Henri Paret	78	+ 7h 15' 06"
1953	40	Claude Rouer	76	+ 4h 09' 10"
1954	41	Marcel Dierkens	69	+ 6h 07' 29"
1955	42	Tony Hoar	69	+ 6h 00' 06"
1956	43	Roger Chaussabel	88	+ 4h 10' 18"
1957	44	Guy Million	56	+ 4h 41' 11"
1958	45	Walter Favre	78	+ 3h 49' 28"
1959	46	Louis Bisiliat	65	+ 3h 12' 35"
1960	47	Herrero Berrendero	81	+ 3h 58' 59"
1961	48	André Geneste	72	+ 4h 13' 56"
1962	49	Augusto Marcaletti	94	+ 4h 29' 23"
1963	50	Willy Derboven	76	+ 2h 45' 10"
1964	51	Anatole Novak	81	+ 3h 19' 02"
1965	52	Joseph Groussard	96	+ 2h 37' 39"
1966	53	Paolo Manucci	82	+ 2h 05' 26"
1967	54	Jean-Pierre Genet	88	+ 2h 21' 00"
1968	55	John Clarey	63	+ 2h 43' 28"

Jaar	No.	Renner	Plaats	Achterstand
1969	56	André Wilhelm	86	+ 3h 51' 53"
1970	57	Frits Hoogerheide	100	+ 3h 52' 12"
1971	58	Georges Chappe	94	+ 3h 04' 54"
1972	59	Alain Bellouis	88	+ 4h 03' 33"
1973	60	Jacques-André Hochart	87	+ 4h 51' 09"
1974	61	Lorenzo Alaimo	105	+ 3h 55' 46"
1975	62	Jacques Boulas	86	+ 3h 31' 21"
1976	63	Aad van den Hoek	87	+ 3h 12' 54"
1977	64	Roger Loysch	53	+ 2h 24' 08"
1978	65	Philippe Tesnière	78	+ 3h 52' 26"
1979	66	Gerhard Schönbacher	90	+ 4h 19' 21"
1980	67	Gerhard Schönbacher	85	+ 2h 10' 52"
1981	68	Faustino Cuelli	121	+ 4h 29' 54"
1982	69	Werner Devos	125	+ 3h 04' 44"
1983	70	Marcel Laurens	88	+ 4h 02' 46"
1984	71	Gilbert Glaus	124	+ 4h 01' 17"
1985	72	Manrico Ronchiato	144	+ 4h 13' 48"
1986	73	Ennio Salvador	132	+ 2h 55' 51"
1987	74	Mathieu Hermans	135	+ 4h 23' 30"
1988	75	Dirk Wayenberg	151	+ 3h 28' 41"
1989	76	Mathieu Hermans	138	+ 3h 04' 01"
1990	77	Rodolfo Massi	156	+ 3h 16' 26"
1991	78	Rob Harmeling	158	+ 3h 25' 51"
1992	79	Fernando Quevedo	130	+ 4h 12' 11"
1993	80	Edwig Van Hooydonck	136	+ 3h 30' 01"
1994	81	John Talen	117	+ 3h 39' 03"
1995	82	Bruno Cornillet	115	+ 3h 36' 26"
1996	83	Jean-Luc Masdupuy	129	+ 3h 49' 52"
1997	84	Philippe Gaumont	139	+ 4h 26' 09"
1998	85	Damien Nazon	96	+ 3h 12' 15"
1999	86	Jacky Durand	141	+ 3h 19' 09"
2000	87	Olivier Perraudeau	128	+ 3h 46' 37"
2001	88	Jimmy Casper	144	+ 3h 52' 17"
2002	89	Igor Flores	153	+ 3h 35' 52"
2003	90	Hans De Clercq	147	+ 4h 48' 35"
2004	91	Jimmy Casper	147	+ 3h 55' 49"
2005	92	Iker Flores	155	+ 5h 20' 24"
2006	93	Wim Vansevenant	138	+ 4h 01' 04"
2007	94	Wim Vansevenant	141	+ 3h 52' 54"
2008	95	Wim Vansevenant	145	+ 3h 55' 45"
2009	96	Jawhen Hoetarovitsj	156	+ 4h 16' 27"
2010	97	Adriano Malori	170	+ 4h 27' 03"
2011	98	Fabio Sabatini	167	+ 3h 57' 43"
2012	99	Jimmy Engoulvent	153	+ 3h 57' 36"
2013	100	Svein Tuft	169	+ 4h 27' 55"
2014	101	Ji Cheng	164	+ 6h 02' 24"
2015	102	Sébastien Chavanel	160	+ 4h 56' 59"
2016	103	Sam Bennett	174	+ 5h 17' 14"
2017	104	Luke Rowe	167	+ 4h 35' 52"
2018	105	Lawson Craddock	145*	+ 4h 34' 19"
2019	106	Sebastian Langeveld	155	+ 4h 34' 23"
2020	107	Roger Kluge	146	+ 6h 07' 02"
2021	108	Tim Declercq	147	+ 5h 01' 09"
2022	109	Caleb Ewan	135	+ 5h 41' 33"
2023	110	Michael Mørkøv	150	+ 6h 07' 11"
2024	111	Mark Cavendish	141	+ 6h 23’ 11"

* 2018: Eerste renner ooit die van de eerste tot de laatste etappe de rode lantaarn droeg

Land	Rode lantaarns
Frankrijk	52
België	12
Italië	10
Nederland	7
Spanje	5
Verenigd Koninkrijk	4
Zwitserland
Duitsland	3
Luxemburg	2
Oostenrijk
Algerije	1
Australië
Canada
China
Denemarken
Ierland
Portugal
Verenigde Staten
Wit-Rusland